Verwacht wordt dat resomeren goedkoper zal zijn dan cremeren. Wat de exacte tarieven zullen worden zal pas duidelijk worden wanneer het eerste resomatorium in Nederland in gebruik genomen kan worden.
Om inzicht te krijgen in de kosten kan je kijken naar de verschillen die er zijn tussen de techniek bij cremeren en resomeren. Er zijn verschillende zaken die effect hebben op de kosten. Hieronder staan een aantal kostenaspecten op een rij.
Weinig ruimte nodig voor resomeren
Ruimte kost geld en is stedelijke gebieden is elke vierkante meter vaak zelfs erg kostbaar. Een resomator neemt veel minder ruimte in beslag dan een crematieoven met alle filtertechniek. Het verschil in ruimte zit vooral de ruimte die bij cremeren nodig is voor het filteren van de rookgassen. Doorgaans is de ruimte die nodig is voor de filtertechniek (veel) groter dan de ovenruimte. Dat komt omdat er bij het filteren in een crematorium bijvoorbeeld een grote watertank nodig is voor het koelen van de rookgassen.
Een resomator neemt ongeveer evenveel ruimte in beslag als een crematieoven. Maar omdat er bij watercrematie (resomatie) geen rookgassen vrijkomen wordt de ruimte voor alle filtertechnieken bespaard. Dit maakt dat een resomator dus ook geschikt is voor een kleiner gebouw.
Minder techniek nodig
Een crematieoven moet verplicht zijn aangesloten op moderne filtertechniek. Daardoor komen er geen schadelijke gassen vrij bij een crematie. Een resomator hoeft niet te worden aangesloten op filtertechnieken omdat er geen rookgassen vrijkomen. Daarmee wordt een forse investering in filtertechniek bespaard.
Geen gas nodig
De meeste crematieovens werken op gas. Dat is kostbaar voor zowel het milieu als de portemonnee. Bij resomeren is geen gas nodig om de resomatie te kunnen uitvoeren. Er wordt daardoor dus veel gas bespaard want bij een crematie op gas wordt zo’n 60 kuub gas gebruikt. Dat komt volgens Milieu Centraal neer op 140 douchebeurten.
Het is overigens wel belangrijk om hierbij op te merken dat de Nederlandse crematieoven producent DFW Europe in 2019 de elektrische crematieoven heeft gelanceerd. Sinds de lancering worden steeds meer nieuwe crematoria voorzien van een elektrische crematieoven. Daarnaast worden steeds meer oude crematieovens aan het einde van de looptijd vervangen door een elektrische crematieoven. Deze crematieovens gebruiken logischerwijs ook geen gas meer en daar vervalt dus het kostenverschil ten opzichte van resomeren.
Kosten die het resomatorium berekent
De kosten van resomeren zullen uiteraard ook worden bepaald door de tarieven die de eigenaren van resomatoria gaan berekenen. Het staat hen vrij om zelf te bepalen hoeveel winst ze willen behalen per resomatie. De kosten kunnen ook bepaald worden door het aanbod van resomatoria. Bij cremeren zijn de tarieven in de loop van de jaren sterk gedaald omdat de concurrentie enorm groot is geworden. Wanneer er veel vraag is naar resomeren zullen er ook meer resomatoria komen en dat zal dan ook invloed (kunnen hebben) op de tarieven.
De verwachting is op dit moment dat bedrijven die een resomator kopen een winstmarge zullen hanteren die vergelijkbaar is met de huidige winstmarge bij crematies. Op die manier kunnen ze het resomeren als goedkoop alternatief (immers er wordt bespaard op de investeringen in techniek en ruimte) in de markt zetten en daardoor meer mensen overhalen om te kiezen voor deze vorm van lichaamsbezorging.